Er is een fundamenteel onderscheid tussen gelovigen uit Israël en gelovigen uit de heidenen, zoals duidelijk verwoord wordt in hoofdstuk 7 .
144.000 gelovigen uit Israël, d.w.z. een volheid van een bepaald vastgesteld aantal gelovigen, zullen verzegeld worden. Deze zegelafdruk biedt wettelijke bescherming tegen schending. Het gaat hier om een overblijfsel van messiasbelijdende joden die in de laatste dagen goddelijke bescherming ontvangen. En er is daarnaast sprake van een tweede groep, een menigte die niemand tellen kan uit alle volken en stammen en natiën en talen.
In Op.11:13 wordt de verwachting uitgesproken dat het overgrote deel van het volk Israël tot bekering zal komen. Johannes ziet ook hoe dat zal gaan.
We lezen in hoofdstuk 11 dat er in Israël twee getuigen, twee godsmannen zullen optreden, die bijzonder moedig zijn. Maar uiteindelijk worden ze door het “beest”, de antichrist, vermoord. Maar wat gebeurt er? Na drie en een halve dag neemt God het voor de vermoorde getuigen op. Hij laat hen weer tot leven komen. Vervolgens neemt de Heer hen op in de hemel terwijl hun vijanden toekijken. Hij brengt hen in veiligheid, want op aarde zijn ze niet langer veilig.
De spot onder de volken verandert in angst. Op hetzelfde moment van de hemelvaart is er ook een grote aardbeving (vs.13). Het gevolg is dat 1/10 deel van Jeruzalem instort en dat 7000 mensen sterven. Dit is in feite een gering aantal, een kleine minderheid! Zo groot is Gods liefde voor Israël. Niet slechts een trouwe rest overleeft, maar ook een ongelovige meerderheid. Slechts 10% is omgekomen, de ‘overigen’ hebben het overleefd.
Van hen lezen we dat ze ‘bevreesd worden en de God van de hemel de eer geven’. Dat wil zeggen dat ze zich bekeren en de boodschap van de twee getuigen die overleden zijn, gaan geloven. 90% van de inwoners van Jeruzalem komt dan tot geloof!!
En als Jeruzalem hier gezien moet worden als moeder van Israël (zoals in het jodendom veel gebeurde), dan is er sprake van een bekering van het hele volk Israël. En precies dit werd ook verkondigd door Jezus.
Mat.23:39
‘Want Ik zeg u: vanaf nu zult u Me niet meer zien, tot het moment waarop u zegt: Gezegend is Hij die komt in de naam van de Heer.’
En door Paulus in Rom. 11:26
‘En zo zal tenslotte heel Israël gered worden, volgens de woorden van de Schrift: Uit Sion zal de redder komen en Hij zal de goddeloosheid uit Jakob verwijderen.’
En zo zal tenslotte heel Israël gered worden.
Zowel Jezus als ook Paulus en dus ook de apostel Johannes vertellen ons over een toekomstige bekering van Israël.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 9 van 12 beknopte blog over het thema “Lessen uit Openbaring” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Download de Studiebijbel App GRATIS via Play Store of App StoreVoer deze aanmeldcode (BLOGCVB2020) in om 45 dagen GRATIS toegang te hebben tot het StudieBijbel Salomo-pakket (het meest uitgebreide pakket).
Ga terug naar het artikeloverzicht
Pas rond 1500 verschijnt het eerste orgel in de kerk als begeleidingsinstrument. Daarvoor was dit ‘not done’ om verlerlei redenen. Voor de positieve waardering voor muziek in de samenkomsten die we in het boek Openbaring vinden, had de kerk op aarde lange tijd geen oog. Waarom niet? Het is een moeilijk boek en er was een lange traditie van onderwaardering van het boek Openbaring. Dat is in onze tijd gelukkig anders.
In de hemelse samenkomsten in Openbaring wordt veel gezongen en spelen citers of lieren een belangrijke rol (Op.5:8; 14:2; 15:2) en engelen blazen daar op bazuinen (8:2,7vv.).
In de hemel wordt niet alleen gewoon samen gezongen, maar we horen ook van beurtzangen. Dat zijn liederen waarbij verschillende groepen beurtelings zingen, vaak met vraag en antwoord. Het komt in het boek Openbaring wel zes keer voor. We willen hier één gebeurtenis naar voren halen, namelijk Openb.5:7-14.
Het Lam komt dichterbij en neemt het boek aan uit de rechterhand van Hem die op de troon zit. Dit vers beschrijft het grote moment waarop Jezus Christus het koningschap over alle dingen aanvaardt (Mat.28:18) en waarop Hij plaats neemt op Zijn troon naast de Vader.
In de volgende verzen (vs.8-14) worden de juichende reacties van de schepping op dit heilsfeit beschreven. Als eerste reageren de vier levende wezens en de vierentwintig oudsten. Ze vertegenwoordigen respectievelijk de schepping en de gelovigen. Zij vormen de eerste groep in een drieledige beurtzang. Voordat ze tot hun eigenlijke lofprijs komen, vallen ze in aanbidding neer voor het Lam. Geen lofprijs zonder aanbidding. En dan volgen twee opmerkelijke vermeldingen. Ze hebben een muziekinstrument in hun hand en schalen met reukwerk. Van het laatste legt Johannes even uit wat het betekent: dat zijn de gebeden van de heiligen op aarde.
Zo krijgen we hier een inkijkje in het verloop van een hemelse samenkomst. Lofprijs vindt plaats in aanbidding, gaat gepaard met voorbede en er is begeleiding van muziekinstrumenten.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 5 van 12 beknopte blog over het thema “Lessen uit Openbaring” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
Het boek Openbaring is een moeilijk boek. In eerdere blogs zagen we dat dit komt, omdat het boek vanaf hoofdstuk vier een aaneenschakeling van visioenen bevat. De beelden zijn vaak moeilijk te begrijpen.
Een andere moeilijkheid is hoe we het boek moeten lezen? Als een profetie over wat in de toekomst zal gebeuren of zuiver geestelijk en symbolisch? We kunnen voornamelijk twee hoofdstromen onderscheiden, de symbolische of idealistische uitleg en historische interpretaties. De eerste bespreken we hier.
De symbolische visie, ook wel de Alexandrijnse genoemd heeft de kerk te danken aan kerkvader Origenes uit Alexandrië (3e eeuw). Zijn volgeling, de al eerder genoemde Dionysius van Alexandrië (gest. 265), leest het boek Openbaring als een aaneenschakeling van tijdloze allegorieën, een soort symbolen of metaforen. Bij de idealisten gaat het niet over concrete gebeurtenissen, maar over principes.
Men spreekt over de strijd tussen het Koninkrijk van God en het kwaad. Zo is het ‘Beest’ in Op.13 bijvoorbeeld niet een historische persoon of instantie, maar een beeld van de macht van satan. En de strijd bij Harmageddon is niet iets wat op aarde gebeurt, maar een ideologisch conflict tussen geloof en ongeloof. Zoals Origenes het OT vergeestelijkte, zo vergeestelijken de idealisten het boek Openbaring.
Na Constantijn de Grote in de 4e eeuw n.Chr. toen het christendom staatsgodsdienst werd, is deze uitleg in de traditionele staatskerken het meest geliefd geworden, want de kerk had geen behoefte meer aan een vertroosting voor moeilijke tijden. Men zag niet langer vol verlangen uit naar een spoedige komst van Christus. En er was zeker geen behoefte aan een visie waarbij de overheid het kwaad vertegenwoordigt!
Met de meerderheid van nieuwtestamentische exegeten wijzen we de grondgedachte van de idealistische uitleg af. Johannes is een profeet als de oudtestamentische profeten en evenals zij spreekt hij concreet over de geschiedenis van God met Zijn volk en de wereld. Zo concreet als Jeremia de ballingschap voorzag, zo concreet spreekt Johannes over de verschijning van de antichrist (het ‘beest’ Op.13) en de komst van Christus om te oordelen (Op.19). Als het laatste, de komst van Christus, wel historisch bedoeld is, zou dan het voorlaatste niet historisch bedoeld zijn?
Dit staat los van de vele symboliek die er in het boek voorkomt en dat je de beelden uit de visioenen natuurlijk niet letterlijk kunt nemen. Dit hebben we eerder al gezien. Dit geldt ook voor getallen als 144.000, 7 of 10. De kernvraag is voortdurend hoe beelden en gebeurtenissen zich verhouden.
De volgende keer bespreken de historische interpretatie.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 3 van 12 beknopte blog over het thema “Lessen uit Openbaring” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
De vorige keer zagen we dat Openbaring een boek vol met visioenen is die niet altijd gemakkelijk te begrijpen zijn.
Nu willen we stilstaan bij de geestelijke ervaring waarbij Johannes zijn visioenen kreeg. Hij vertelt er zelf iets over.
In Op.1:10 zegt hij (letterlijk vertaald) ‘ik geraakte in de geest (egenomēn en pneumati, van ginomai, ontstaan, worden) op de dag des Heren; en ik hoorde achter mij ….’.
Hij zegt niet ‘ik was in de geest’, maar ‘ik geraakte in de geest’. We lezen dit ook in 4:2 (vgl. ook 17:3 en 21:10). Het gaat om de geestelijke ervaring die Petrus en Paulus beschrijven als ‘ekstasis’, zinsverrukking of geestvervoering (Hand 11:5; 22:17). Wat Johannes ondergaat is een vorm van profetische extase, waardoor hij ‘in (de) geest’ in de hemel aanwezig is (4:1, vgl. Paulus, 2Kor.12:2-5).
Verder lezen we in het boek ongeveer 50 keer ‘ik zag’ en ongeveer 25 keer ‘ik hoorde’. Het is duidelijk dat visioenen en audities (het horen van stemmen en geluiden) de wijze zijn waarop Johannes zijn openbaringen ontving.
Maar betekent dit nu dat zijn wil en verstand waren uitgeschakeld? Blijkbaar niet, want we zien een interactie tussen een bewust aanwezige Johannes en wat in het visioen gebeurt. Johannes reageert emotioneel op wat hij ziet en hoort. Bijvoorbeeld in 5:4 moet hij erg huilen als hij merkt dat niemand de boekrol in de hand van God kan openen. Ook geeft hij antwoord op vragen die hem in het visioen gesteld worden (7:13-14). Dit alles zien we overigens ook bij de profeten in het OT. Ze zien visioenen en horen stemmen bij volle bewustzijn (Jer.1:11; Eze.10:15; 43:3; Dan.9:21; Am.7:8).
Zo gaat bijvoorbeeld in Openbaring 11:4 een visionaire toestand, waarin God of een engel tot Johannes spreekt over in een profetische rede waarin Johannes zelf aan het woord is.
Waarom het Boek Openbaring zoveel moeilijker te begrijpen is als het evangelie of de brieven komt door de visioenen. Johannes doet moeite om wat hij ziet en hoort te beschrijven voor zijn hoorders.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 2 van 12 beknopte blog over het thema “Lessen uit Openbaring” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
We zijn in het westen in de 21e eeuw niet zo vertrouwd met visioenen. Onze westerse cultuur is sinds de verlichting op een weg waarin visioenen en openbaringen niet als een betrouwbare bron van informatie worden opgevat. Het is overigens wel zo dat de aanwas van migranten uit Azië en Afrika ons dwingt hierover na te denken. De IND (de Immigratie en Naturalisatiedienst) publiceerde onlangs nog een nieuwe werkinstructie, waarin wordt ingegaan op het toetsen van dromen en visioenen waardoor veel moslims tot bekering zijn gekomen.
De apostel Johannes kreeg veel visioenen en die zijn vaak heel beeldend en cryptisch. Bijvoorbeeld Op.5:6 ‘Toen zag ik midden voor de troon en omgeven door de vier wezens en de oudsten een lam staan. Het zag eruit alsof het geslacht was en Het had zeven horens en zeven ogen …’ . Johannes ziet het lam ‘als zijnde geslacht’. Maar het wonderlijke is dat hij het lam ook ziet ‘staan’! Dat kan helemaal niet, een geslacht lam ligt. En het is een lam met zeven horens en zeven ogen. Vreemde beelden.
De visioenen in Openbaring zijn de reden dat de inhoud, de stijl en zelfs de taal in dit boek anders zijn dan in het evangelie en de brieven. Het is interessant te lezen hoe Johannes zelf zijn geestelijke ervaringen beschrijft.
Daarover zullen de volgende keer iets zeggen.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 1 van 12 beknopte blog over het thema “Lessen uit Openbaring” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
Aangezien de context in de brieven die van de christelijke gemeente is, is het niet vreemd dat we dit aspect daar minder tegenkomen.
Maar in het boek Handelingen is dit anders. In Handelingen lezen we regelmatig over ‘tekenen’ en ‘wonderen’ (Hand.2:43; 5:12; 6:8; 8:6,13; 14:3; 15:12). De genezingen en andere charismata dienen als legitimatie van de prediker en zijn boodschap.
Wonderen en tekenen ondersteunen en bevestigen de boodschap van de apostelen.
In dezelfde lijn spreekt ook Marcus over genezingen: ‘En zij gingen op weg om overal het nieuws bekend te maken. De Heer hielp hen daarbij en zette hun verkondiging kracht bij met de tekenen die ermee gepaard gingen.’ (Mar.16:20).
Lucas schrijft over Paulus en Barnabas dat zij ‘vrijmoedig spraken over Gods woord, vol vertrouwen in de Heer, die de verkondiging van zijn genade kracht bijzette door hen tekenen en wonderen te laten verrichten.’ (Hand.14:3).
We zien in het boek Handelingen dat door het zien van genezingen en wonderen mensen tot geloof komen. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij de genezing van Eneas (Hand.9:32-35) en bij de opwekking uit de dood van Dorcas (Hand.9:37-43).
De gaven van de Geest worden enerzijds gegeven tot opbouw of stichting van de gemeente (1Kor.12:4-11), maar anderzijds ook als legitimatie van de prediker en zijn boodschap (2Kor.12:2).
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 10 van 10 beknopte blog over het thema “De Heilige Geest in het NT” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
Vorige keer concludeerden we dat Paulus veronderstelt dat iedere gelovige een gave heeft. De opvatting van Paulus over geestesgaven is heel breed. Hij verstaat hieronder niet alleen de bijzondere geestesuitingen, maar ook de meer gewone menselijke kwaliteiten en talenten.
Bovendien zegt hij in 1Kor.7:7 over zijn ongehuwde staat: ‘Ik zou liever zien dat alle mensen waren zoals ik, maar iedereen heeft van God zijn eigen gave gekregen, de een deze, de ander die.’ Dus ook zijn maatschappelijke positie als celibatair ziet hij als een charisma, een genadegave.
Alles wat een christen uit genade is of mag doen voor de Heer, ziet Paulus als een genadegave (charisma), een uit genade van God ontvangen voorrecht om Hem te dienen. Een hele brede opvatting over charismata dus.
Dan is er nog een vraag: Is de uitstorting van de Geest en zijn de geestesgaven ook van nut voor ongelovigen? We lezen in 1Kor.14 (vers 3,5,12,26) dat de gaven tot opbouw, tot nut van de gemeente moeten zijn. Moeten we dit zo verstaan dat Paulus het nut van de charismata beperkt tot de gemeenschap van gelovigen? Nee, niet echt, want in vers 24-25 spreekt hij over het nut van de gave van profetie voor ongelovigen:
‘Maar profeteert iedereen, dan zal een ongelovige buitenstaander door iedereen worden beoordeeld en terechtgewezen. Alles wat hem heimelijk beweegt zal aan het licht komen en dan zal hij zich ter aarde werpen, God aanbidden en belijden: ‘Werkelijk, God is in uw midden.’
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 9 van 10 beknopte blog over het thema “De Heilige Geest in het NT” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
We hebben voorgaande keren gezien dat alle hoogtepunten in het leven van Jezus ook betekenis hebben in ons geloofsleven. Zo ook de uitstorting van de Geest op Pinksteren.
Paulus spreekt in dit verband over het ‘zegel’ van de Geest (2Kor.1:22) of de ‘verzegeling’ met de Geest (Ef.1:13; 4:30). De Geest is dan het ‘onderpand’ (arrabon), de aanbetaling van een veel grotere belofte.
Johannes noemt in zijn brieven dit persoonlijke pinksteren een ‘zalving’ van de Geest (1Joh.2:20,27; vgl. ook Lucas in Hand.10:38), die aan de gelovigen is gegeven.
Van prof. Graafland heb ik geleerd dat deze analogie tussen de heilsgeschiedenis en ons geestelijk leven in de dogmatiek ‘heilsorde’ wordt genoemd. Zo kun je heilshistorisch over de openbaring in de Schrift spreken en ‘heilsorderlijk’ over de geloofsweg van een mens. Er is een analogie tussen de heilsgeschiedenis en de persoonlijke heilsorde.
In de grote christelijke tradities, zoals de Rooms-katholieke en Orthodoxe kerken, maar ook in de Anglicaanse en Lutherse traditie, is de heilsorderlijke betekenis van Pinksteren altijd bewaard gebleven, namelijk in de leer en praktijk van het vormsel of de confirmatie.
Sinds Tertullianus (plm. 200 n. Chr.) is dit een eeuwenlange breed gedragen visie, die m.i. door en door bijbels is. De waterdoop is gericht op het behoud, de Geestesdoop of confirmatie op de toerusting van de christen met kracht van de Heilige Geest.
In de Gereformeerde traditie is dit geloofspunt helaas erg vervaagd. Wel heeft de missioloog prof . Dr. J.H. Bavinck zich sinds het midden van de 20e eeuw enorm ingezet om dit geloofspunt weer onder de aandacht te brengen. In zijn boekje “Ik geloof in de Heilige Geest” (1963) maakt ook hij onderscheid tussen de ‘wederbarende werking’ van de Geest en de ‘bekrachtiging’ met de Geest.
Het is de pinksterbeweging geweest die dit belangrijke thema in de 20 eeuw krachtig op de kaart heeft gezet, in geschrift, maar vooral in de praktijk. Waar het dan over gaat, komt in volgende bijdragen aan de orde.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 5 van 10 beknopte blog over het thema “De Heilige Geest in het NT” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
In de vorige blogs hebben we gezien dat bij hoofdmomenten in het leven en de bediening van Jezus de Heilige Geest een hoofdrol speelt. Bij zijn geboorte, zijn doop, zijn bediening op aarde en op het Pinksterfeest na zijn hemelvaart.
We zien ook dat Jezus zijn discipelen erin heeft onderwezen dat deze hoofdmomenten ook in hun leven een plaats zullen hebben. Er is een analogie tussen de meester en zijn leerlingen.
Een paar voorbeelden. Jezus heeft in zijn gesprek met Nicodemus duidelijk gemaakt dat ook zijn volgelingen uit de Geest geboren moeten worden. Deze wedergeboorte is onmisbaar. Hij zegt namelijk ‘Waarachtig, ik verzeker u: alleen wie opnieuw wordt geboren, kan het koninkrijk van God zien.’ (Joh.3:3) en: ‘Wat geboren is uit een mens is menselijk, en wat geboren is uit de Geest is geestelijk. (Joh.3:6).
Verder heeft Jezus onderwezen dat ook zijn volgelingen gedoopt moeten worden en dat ook voor hen de belofte van de vervulling met de Geest vervuld zal worden.
En na zijn opstanding heeft hij hen duidelijk gemaakt dat ook hun bediening en getuigenis niet zonder de kracht van de heilige Geest kan. Daarom moesten ze wachten in Jeruzalem.
Ook in de brieven van het Nieuwe Testament zien we dat de apostelen deze overeenkomst tussen meester en leerling leren. Paulus zegt in Rom.6:4-5 ‘We zijn door de doop in zijn dood met hem begraven … Als wij delen in zijn dood, zullen wij ook delen in zijn opstanding.’
En in Efez.6:2 betrekt Paulus ook de hemelvaart in deze analogie. ‘Hij heeft ons samen met hem uit de dood opgewekt en ons een plaats gegeven in de hemelse sferen, in Christus Jezus.’
De volgende keer zullen we wat dieper ingaan op de betekenis van de uitstorting van de Geest op Pinksteren in de geloofsweg van de individuele gelovigen.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 4 van 10 beknopte blog over het thema “De Heilige Geest in het NT” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
Na zijn opstanding zegt Jezus tegen zijn discipelen:
‘‘Ga niet weg uit Jeruzalem, maar blijf daar wachten tot de belofte van de Vader, waarover jullie van mij hebben gehoord, in vervulling zal gaan. (Hand.1:4)
Ze moesten wachten in Jeruzalem en niet terugkeren naar hun geboortestreek Galilea. En dat laatste lag toch voor de hand!? Waarom Jeruzalem niet verlaten? Wachten op de komst van de Heilige Geest.
Het zal over een paar dagen gebeuren, zegt Jezus in Hand.1:5. Wist hij dat dit op het Pinksterfeest zou zijn? Wát zal er dan gebeuren? Ook dat wordt door Jezus duidelijk gezegd:
‘Maar wanneer de heilige Geest over jullie komt, zullen jullie kracht ontvangen en van mij getuigen in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de aarde.’ (Hand.1:8).
En dan komt de dag van het Pinksterfeest. Hand.2:1-4.
Toen de dag van het Pinksterfeest aanbrak waren ze allen bij elkaar. Plotseling klonk er uit de hemel een geluid als van een hevige windvlaag, dat het huis waar ze zich bevonden geheel vulde. Er verschenen aan hen een soort vlammen, die zich als vuurtongen verspreidden en zich op ieder van hen neerzetten, en allen werden vervuld van de heilige Geest en begonnen op luide toon te spreken in vreemde talen, zoals hun door de Geest werd ingegeven.
En dan komt Petrus naar voren en zegt: Wat hier nu gebeurt, is aangekondigd door de profeet Joël (Hand. 2:16).
Het pinkstergebeuren was geen eenmalige gebeurtenis, maar blijft zich herhalen. Het gebeurt nog eens in Samaria wanneer Petrus en Johannes daar komen (Hand.8) en ook weer in het huis van Cornelius in Caesarea, een Romeinse centurio, een hoofdman over honderd (Hand.10).
Wat hebben we tot nu toe gezien? Ten eerste dat bij hoofdmomenten in het leven en de bediening van Jezus de Heilige Geest een hoofdrol speelt. Dit is bij zijn geboorte, zijn doop, zijn bediening op aarde en zijn vervanging na zijn hemelvaart. Het laatste wordt ook wel zijn wederkomst in de Geest genoemd.
Ten tweede zien we dat Jezus zijn discipelen erin heeft onderwezen dat deze hoofdmomenten ook in hun leven een plaats zullen hebben.
Er is een analogie tussen de meester en zijn leerlingen.
De volgende keer meer over deze overeenkomst tussen Jezus en ons als gelovigen.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 3 van 10 beknopte blog over het thema “De Heilige Geest in het NT” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
De vorige keer lazen we over de belofte van de Heilige Geest in het OT en concludeerden we dat de Geest in het leven van de Messias een cruciale fundamentele rol zal spelen. En dat is precies wat we zien in het leven van Jezus als we het NT lezen.
De engel zegt tegen Jozef wanneer Maria zwanger is:
Mat.1:20 ‘Jozef, zoon van David, wees niet bang je vrouw Maria bij je te nemen, want het kind dat ze draagt is verwekt door de heilige Geest.
Dus Jezus is geboren uit Maria, maar verwekt door de Heilige Geest.
En ook bij de volgende belangrijke gebeurtenis in Jezus’ leven, zijn doop, heeft de heilige Geest een centrale rol.
We lezen in Mat.3:16-17 het volgende: ‘Zodra Jezus gedoopt was en uit het water omhoogkwam, opende de hemel zich voor hem en zag hij hoe de Geest van God als een duif op hem neerdaalde.
Hierna begint de openbare bediening van Jezus, een bediening van verkondiging, maar ook van verlossing, bevrijding en genezing.
En hoe gebeurt die bevrijding? Jezus zegt: ‘als ik door de Geest van God demonen uitdrijf, dan is het koninkrijk van God bij jullie gekomen.’ (Mat.12:28)
Dus ook in zijn openbare bediening speelt de heilige Geest een essentiële rol.
In het evangelie naar Johannes bereidt Jezus zijn leerlingen voor op zijn vertrek. Hij spreekt veel met hen over de andere Trooster, de andere Helper die zal komen nadat hij is heengegaan. Hij zegt: ‘Dan zal ik de Vader vragen jullie een andere helper [pleitbezorger] te geven, die altijd bij je zal zijn: de Geest van de waarheid.’ (Joh.14:16; vgl. 14:26; 15:26; 16:7)
Niet alleen zegt Jezus dat ook na zijn vertrek de heilige Geest centraal zal blijven staan, maar ook blijkt nergens in het NT duidelijker dan hier dat de heilige Geest een persoon is.
We zien dus dat bij hoofdmomenten in het leven en de bediening van Jezus de Heilige Geest een hoofdrol speelt. Dit is bij zijn geboorte, zijn doop, zijn bediening op aarde en zijn vervanging na zijn hemelvaart.
De volgende keer meer over de Geest na de opstanding van Jezus.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 2 van 10 beknopte blog over het thema “De Heilige Geest in het NT” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht
De aanwezigheid van de Geest van God zal volgens de beloften in het Oude Testament een fundamenteel gegeven zijn in het leven van de Messias en het volk van het nieuwe verbond.
De profeet Jesaja zegt: Maar uit de stronk van Isaï schiet een telg op, een scheut van zijn wortels komt tot bloei. De geest van de HEER zal op hem rusten: een geest van wijsheid en inzicht, een geest van kracht en verstandig beleid, een geest van kennis en eerbied voor de HEER. (Jes.11:1-2)
En dezelfde profeet Jesaja spreekt in Jes. 61:1 over de opdracht van de Messias als volgt: ‘De geest van God, de HEER, rust op mij, want de HEER heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan verslagen harten hoop te bieden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan geketenden hun bevrijding.
En de profeet Ezechiël profeteert over het volk van het nieuwe verbond: Ik zal jullie mijn geest geven en zorgen dat jullie volgens mijn wetten leven en mijn regels in acht nemen. (Eze.36:27)
En de profeet Joel profeteert over de komende Dag van de Heer: Daarna zal zich dit voltrekken: Ik zal mijn geest uitgieten over al wat leeft. Jullie zonen en dochters zullen profeteren, oude mensen zullen dromen, en jongeren zullen visioenen zien; zelfs over slaven en slavinnen zal ik in die tijd mijn geest uitgieten. (Joel 3:1-2)
Dus zowel in het leven van de Messias als in het leven van zijn volk zal de Geest van God een cruciale en fundamentele rol spelen.
En dat is precies wat we zien in het leven van Jezus en zijn volgelingen. Hierover in de volgende blogs meer.
Auteur: Gijs van den Brink
Uit: StudieBijbel Magazine
Dit is deel 1 van 10 beknopte blog over het thema “De Heilige Geest in het NT” uit StudieBijbel Magazine, waar we de komende tijd een gedeelte van online zullen plaatsen. We hopen dat je hierdoor de Bijbel beter gaat begrijpen!
Ga terug naar het artikeloverzicht